De intimiteit van het schrijven
Verder: de Zoon van de Wind, een boete van 100 miljoen lire en de ingetogen schoonheid van passie
Voetballiefhebber,
Ik ben ouderwets. Een tikkeltje nostalgisch. Voor het lezen en schrijven heb ik een laptop, een Remarkable en een oude e-reader, maar eigenlijk houd ik het meest van de geur van boeken, van vergeelde bladzijdes en ezelsoren en aantekeningen gekrabbeld in kantlijnen. Ik houd van het gevoel van een pen op papier, van doorgestreepte woorden en uitgesmeerde inkt en pijltjes en lijntjes en krulletjes die aangeven waar ingevoegde alinea's horen te staan. En ik houd van bladeren door volgekalkte schriften en aantekeningen, van hersenspinsels opnieuw uitvinden en dialogen zonder context en personages helemaal uitgedacht om ze daarna nooit weer te gebruiken.
Die liefde voor het letterlijk geschreven woord was ik op de basisschool bijna afgeleerd. Ik ben linkshandig. Ooit werd gedacht dat linkshandigen een dealtje hadden gesloten met de duivel. Die wordt ook vaak linkshandig afgebeeld. Ik zat op een christelijke basisschool. Vul de rest maar in. Eenmaal in groep zeven hadden mijn leraren gelukkig door dat ik – ondanks hun verwoede pogingen – niet van mijn linkshandigheid af kon komen. Eind goed, al goed. En dankzij hun volharding kan ik overigens ook met rechts schrijven. Dus het was niet allemaal kommer en kwel.
Vroeger bij verjaardagen van schoolgenoten of collega's moest ik altijd de gemeenschappelijke kaart schrijven, omdat mijn handschrift ‘zo mooi’ was. ‘Jij schrijft het beste van ons,’ riepen ze altijd. Maar ik ben dus linkshandig en als er iets vervelend is om te schrijven als linkshandige, dan zijn het wel wenskaarten. Waar rechtshandigen van zich af schrijven, de pen als een punt van het lichaam af, schrijven linkshandigen naar zichzelf toe, de schrijvende hand als een innige omhelzing, de punt van de pen wijzend naar binnen.
De gladde ondergrond van kaarten smeekt de rug van mijn hand zowat om mijn net geschreven woorden uit te smeren over de pagina. Ik haat verjaardagskaarten schrijven, moet mijn hand in onnatuurlijke houdingen plaatsen om er geen kliederboel van te maken, maar ik ben ook uitermate gevoelig voor complimenten, dus als je mij zegt dat mijn handschrift het mooist is, dan schrijf ik beide verzen van ‘A dey mi yere yu verjari’ voor je op, inclusief de Nederlandse en Engelse vertaling.
Ook mijn essays schrijf ik vaak met de hand, in een van m'n notitieboeken, in dat mooie handschrift. Het begint vaak leesbaar, netjes, misschien zelfs kunstig. Maar naarmate de pagina's voller raken en de woorden sneller stromen dan ik ze kan opschrijven, wordt mijn schrift minder leesbaar en is het tijdens het overtypen soms raden welke woorden ik zo koortsachtig heb opgeschreven.
En toch, toch houd ik ervan. Er zit een bepaalde intimiteit in schrijven met de hand. In kleermakerszit op het balkon met een koeienleren notitieboek op schoot, zonder eigenlijk te kijken, zonder echt te begrijpen, niet te veel nadenken, alleen de essentie van de woorden, slechts schrijven en schrijven en schrijven. Tot het notitieboekje vol is.
Zo werk ik ook aan mijn boek. Van notitieboek tot notitieboek. Meer dan de helft zal het licht niet zien. Maar het opschrijven, dat móet ik. Al is het alleen maar om de wereld en het verhaal voor mezelf tastbaar te maken.
Momenteel ben ik bezig om mijn teksten over te typen, het geschreven woord omzetten naar een net Word-document dat leesbaar is voor iedereen en niet alleen de schimmen in mijn hoofd. Uiteraard duurt dat lang, langer dan verwacht. Ik ben inmiddels aangekomen bij het onleesbare deel van de woorden, het deel dat al overtypend evolueert, verandert, groeit, durf ik ontwikkelt te zeggen?
Ik ben er ook al een week mee bezig, maar daar moet ik wel aan toevoegen dat het een drukke week was, met een doordeweeks voetbaltoernooi, een spelletjesavond, borrelmiddag, Ajax-perikelen, Champions League-finale in Eindhoven, het grote verlies van Karim Benzema en een wel heel verdacht getimede koortsige zondag. Geen excuus, wel een verklaring.
Veel tijd om nieuwe dingen te schrijven had ik dus niet, maar gelukkig heb ik wel gelezen (en gekeken) deze week. Er is tenslotte genoeg gebeurd.
P.S. Kunnen we doen alsof het zaterdagochtend is? Ik zou dat waarderen.
Vind je deze nieuwsbrief nou leuk? Stuur ‘m dan vooral door naar andere liefhebbers.
Wat ik las
De onderstreepte woorden zijn hyperlinks. Click away, my dears.
— Afgelopen zaterdag werd de UEFA Womens Champions League-finale in het Philips Stadion in Eindhoven gespeeld. Barcelona tegen Wolfsburg. De score en ook de meeste verslagen achteraf doen vermoeden dat het een ‘wedstrijd van twee helften’ was, maar eigenlijk was dat het niet. Ondanks de 2-0 voorsprong van Wolfsburg was dit de wedstrijd van Barcelona en The Athletic duidt met behulp van data en een tactische analyse waarom. En als je het je kan veroorloven om met Geyse Ferreira op de bank te starten, dan snap ik dat ook wel. Het FC Twente van de Champions League, zei ik gekscherend. Ze winnen altijd.
— Een vreselijk voorval tijdens een voetbaltoernooi in Frankfurt, opgeschreven door Willem Vissers: Op toernooi zagen ze de klap die het einde zou betekenen van een jongen die gewoon zin had om te voetballen.
Op een Pinkstertoernooi in Frankfurt was een jeugdteam van DRC uit Durgerdam getuige van geweld op het voetbalveld. ‘Je gaat met zijn allen naar een toernooi. Je hebt zin in de wedstrijden. En dan is het binnen een minuut klaar met het leven van een leeftijdsgenoot.’
Geen woorden, gewoon lezen.
— Claudio Caniggia. Geboren 9 januari 1967 in Henderson, Argentinië. Aanvaller pur sang. Ze noemden hem de ‘Zoon van de Wind’. Misschien dat je hem ook kent van AS Roma, waar hij in 1993 werd betrapt op het gebruik van cocaïne. Hij kreeg een schorsing van dertien maanden en Roma moest een boete van 100 miljoen Italiaanse lire betalen. In 2004 hing Caniggia, op dat moment voetballend in Qatar, zijn kicksen aan de wilgen en ging hij met voetbalpensioen. Tot het seizoen 2012/2013.
‘What a day for Wembley FC!’ schreef voetbalclub Wembley FC op 21 juni 2012 op Twitter. ‘Seaman, Keown, Parlour, Le Saux, McBride and Caniggia sign for the club. More soon.’
Hoe Caniggia bij Wembley terechtkwam? Dat is een verhaal over bier, branding, verbijstering en Brian McBride.
— ‘Speelt op balbezit, pressie, aanvallend, 4-3-3, jeugdspelers, blinkt uit in mentale weerbaarheid.’ Over wie ik het heb? Kjetil Knutsen. De trainer van FK Bodø/Glimt zou in de belangstelling staan van Ajax (nadat al eerder Nottingham Forest, Brighton en Leeds interesse hadden getoond).
Voor velen is hij een nog wat onbekende naam, maar ik houd van de krochten van het Noorse voetbal, van Odin's Valhalla en Øvrebø-esque taferelen, dus ben al ietsjes langer bekend met de beste man – volgens mij hebben we hem in Hekkensluiters nog in één adem genoemd met een andere Scandinavische held.
Het lijkt mij een prima fit, vooral dat stukje ‘mentale weerbaarheid’ waar het de selectie op dit moment aan ontbeert (en een deel van de achterbaan ook, zo lijkt het). Daarom twee mooie artikelen over het zogenoemde Noorse sprookje. Doe er je voordeel mee.
— Ik heb dit al een tijdje geleden gelezen, maar ik vergat het steeds te delen. Dus welnu, het moment is daar. Existential Comics is een online filosofie strip die iedere maandag wordt geüpdate. Inmiddels is de 500e strip gepubliceerd, maar mij is de 35e voornamelijk bijgebleven: World Cup Philosophy: Germany vs France. Een beetje in het verlengde van Monty Python's The Philosophers' Football Match, minstens net zo leuk.
— Geweld, homofobie, racisme en seksisme zorgen ervoor dat veel fans zich onveilig voelen bij uitwedstrijden - en clubs doen niet genoeg om te helpen. Sam Daling windt er in The Guardian geen doekjes om.
Clubs could ensure zero tolerance really does mean zero tolerance. The men’s game is lagging behind and must catch up.
Wat ik keek
Jounetsu Tairiku – letterlijk vertaald ‘gepassioneerd continent’, ook al is ‘gepassioneerde mensen’ toepasselijker – is een Japanse documentaireserie die iedere aflevering een bekende Japanner volgt. De serie bestaat al sinds 1998 en is door de jaren heen een begrip geworden in Japan. Het is een soort van videodagboek, van muzikanten, modellen en presentatoren, maar ook atleten, zoals de voetballer Kyogo Furuhashi van Celtic.
De kleine aanvaller – hij is slechts 1 meter 70 – heeft zich geliefd gemaakt in Schotland met zijn creatieve en snelle spel. Hij houdt het record van meeste goals van een Japanse speler in een grote Europese competitie en staat te boek als een goede voetballer, maar werd niet opgeroepen voor het WK afgelopen winter. Een grote teleurstelling.
In Jounetsu Tairiku zie je hoe hij met deze teleurstelling omgaat. Tegelijkertijd wordt de liefde die hij van de Schotse fans krijgt in beeld gebracht en wordt er een profiel geschetst van een zachtaardige en bescheiden, maar ook gepassioneerde man. Wanneer de documentairemaker hem vraagt of hij het niet vervelend vindt dat hij niet meer normaal over straat kan – echt iedereen wil op de foto –, antwoordt hij met een ingetogen glimlach: ‘I'm happy.’
Nu ben ik me ervan bewust dat de meeste van jullie geen Japanse televisie kijken of Japans verstaan, maar ik heb de documentaire gevonden mét Engelse ondertiteling. De ongeveer twintig minuten durende aflevering is wel opgeknipt in tien delen, maar het is het wat mij betreft waard.
Na de uitzending was er in Japan zelfs wat ophef en kreeg bondscoach Moriyasu zes maanden na het WK alsnog een berg van kritiek over zich heen vanwege het niet oproepen van Furuhashi.
Een prachtig portret van een fijne speler die meer had verdiend. En die volgend seizoen misschien wel bij Tottenham Hotspur speelt…
Even if the World Cup does not come true, soccer life continues. A new page is turned about a man who is loved by the city of Glasgow.
De rest van de documentaire staat in de Twitterdraad van Japanese Bhoy Studios.
Wat nou, voetbal?!
Mensen die net als ik van speculatieve fictie en sci-fi houden, kunnen hun hart ophalen met Silo, de nieuwe serie van Apple. Het is een verfilming van de boeken van Hugh Howey: Wool, Shift en Dust (samen met drie korte verhalen en een stripboek onderdeel van de Silo collectie).
Ik heb de eerste zes afleveringen gezien en die blijven eigenlijk heel trouw aan het eerste boek (ik heb Wool, Shift en Dust in de boekenkast staan), dus veel verrassingen waren er niet. Maar dat deerde totaal niet. In een donkere woonkamer, gordijnen dicht en onder m'n schapenwollen dekentje, zat ik toch op het puntje van de bank en leefde ik mee met alle personages, alsof ik het niet allemaal al een keer had gelezen. En dat is best een prestatie.
De serie is zo goed opgebouwd en onthult zonder zich te haasten gewetensvol de verschillende lagen van de gedetailleerde, ondergrondse wereld waarin Silo zich afspeelt. De titel is namelijk letterlijk: het verhaal speelt zich af in een gigantische verholen bunker. Een silo. Veel meer ga ik er niet over zeggen. Ik beloof je dat je zult genieten.
En zoals je gewend bent van Apple komt er weer een sterrenensemble opdraven: van Carolina uit Succession (Harriet Walter) tot Ser Jorah van Game of Thrones (Iain Glen), Ilsa Faust van Mission Impossible én de moeder van Paul Atreides (Rebecca Ferguson) en natuurlijk rapper Common.
Silo is te zien via Apple TV+.
Doorkronkelen is een gratis wekelijkse nieuwsbrief die in stand wordt gehouden door lezers. Je hoeft niet te betalen om deze te ontvangen, maar wil je me toch steunen? Dan kun je pledgen of via Bunq.me een (kleine) donatie doen. Daar help je een freelancende schrijver ontzettend mee. Cheers!
Nog één ding…
Branco van den Boomen komt naar Ajax. WAT?! Ik schreeuw sinds zijn fenomenale seizoen in de Ligue 2 zijn naam van de daken (tijdens Hekkensluiters, bij Yordi op ESPN, met Henk Spaan bij Hard Gras en zelfs voor Nu+ Voetbal, haha) dus ik was heel blij met dit nieuws. Ja, hij loopt niet veel, is wat traag (en dat is ook maar relatief), maar heeft zoveel andere kwaliteiten waardoor dit minpuntje in het niet valt. Dus ik zeg het gewoon nog een keer: ‘We moeten het hebben over Branco van den Boomen!’