De afgelopen weken hebben Roman en ik je in de podcast Y’a koi op de hoogte gehouden van het wel en wee van de Afrika Cup 2023. Van de Noord-Afrikaanse vloek en de verrichtingen van Hervé Renard tot wapperende nunumbladeren, geheel authentieke wedstrijdverslagen en natuurlijk geschiedenis en context over de deelnemende landen. En literatuur!
Bijna iedere aflevering bespraken we een verhaal van het Afrikaanse continent en deze verhalen heb ik voor het gemak hier op een rijtje gezet. Zodat jij niet alle afleveringen terug hoeft te luisteren, maar je wel gewoon kan onderdompelen in deze literaire pracht. De stem van Afrika is prachtig en verdient het om gehoord te worden.
P.S. Je mag natuurlijk altijd alle afleveringen terugluisteren. Dat vinden wij leuk.
De onderstreepte woorden zijn hyperlinks
Chinua Achebe - Things fall apart (1958)
Een jaar na de onafhankelijk van Ghana, het eerste Afrikaanse land dat zich weet te ontdoen van het juk van de koloniale overheersen, verschijnt deze roman, die begint in de pre-koloniale periode – rond 1890 – en zich afspeelt in zuidoost Nigeria.
Hoofdpersoon Okonkwo woont in een dorp waar door de generaties heen maar weinig verandert. Hij is een van de meest intrigerende personages uit de Afrikaanse fictie: een moordenaar, banneling, beledigend, vrouwenhater, weinig geduld of tolerantie voor de zwakken, en té ambitieus. Maar tegelijkertijd is het onmogelijk geen medelijden met hem te hebben, want het leven dat hij kent, het leven van zijn voorouders, het leven dat al generaties lang niet veranderd is, wordt hem op wreedaardige wijze ontnomen door de Britse kolonisten.
De Britten, in een gevecht voor land, bereiken Okonkwo's dorp. Mét de bijbel. Dorpsgenoten bekeren - zijn eigen zoon voelt zich aangetrokken tot de vreemdelingen. Tot ergernis van de koppige Okonkwo die niets wil weten van de kolonisten. Uiteindelijk gaat het mis in het dorp, uiteraard.
Things fall apart is een ogenschijnlijk eenvoudig verhaal van een ‘sterke man’ wiens leven wordt gedomineerd door angst en woede. Het verhaal is zuinig geschreven, met subtiele ironie en vol contrasten: kolonialisme en traditionele cultuur, animisme en christendom, het mannelijke en het vrouwelijke, en het onwetende en het bewuste.
Je wordt meegenomen in de Igbo-cultuur, een cultuur vol bijgeloof maar rijk aan context. Het is een hechte cultuur die ondanks het ontbreken van wat de Westerse man als ‘beschaving’ ziet gemeenschapszin en ook maatschappelijke regels heeft, waarbij voorouders een belangrijke rol spelen.
Deze voorvadergeesten leven in de roman onder de mensen als gewone inwoners, en dat is geweldig om te lezen. Zij zijn onderdeel van het dorp, verweven met het tapijt van het verleden en heden.
‘The land of the living was not far removed from the domain of the ancestors. There was coming and going between them.’
Het gaat over die oude wereld die onder druk komt en – zoals de titel insinueert – uit elkaar valt.
André Brink - 'n Droë wit seisoen
Een klassieker uit 1976, over een zwarte man die ten onrechte wordt aangezien voor activist. Als lezer volg je Ben Du Toit, een witte Zuid-Afrikaan die de waarheid ontdekt over de dood van die man, die een goede vriend van hem is, en diens zoon in politiehechtenis. Het boek daagt apartheid uit en toont de transformatie van het verzet van een 'bovenklasse' van (veelal witte) Afrikaners tegen het regerende, witte supremacistische regime. Het is een onverschrokken en onvergetelijke kijk op raciale onverdraagzaamheid, de menselijke conditie en de hoge prijs van moraliteit.
Ben Du Toit is een blanke onderwijzer in een buitenwijk van Johannesburg in een tijd van intolerantie en door de staat gesanctioneerde apartheid. Als eenvoudige, apolitieke man gelooft hij in de essentiële eerlijkheid van de Zuid-Afrikaanse regering en het bijbehorende beleid – tot aan de plotselinge arrestatie en daaropvolgende ‘zelfmoord’ van een zwarte conciërge van de school van Du Toit. Achtervolgd door nieuwe vragen en wanhopig om te geloven dat de dood van de man een tragisch ongeluk was, onderneemt Du Toit een onderzoek naar de affaire – een zoektocht naar de waarheid die verwoestende gevolgen heeft voor hem en zijn familie.
De roman was in eerste instantie verboden in Zuid-Afrika. Misschien komt het verhaal je bekend voor? Het boek is in 1989 verfilmd, met Donald Sutherland en Winston Ntshona in de hoofdrollen, en heet: A dry white season. En ook de film werd in Zuid-Afrika verboden.
Lauren Beukes - Zoo City
Dit boek hebben we volgens mij niet besproken in de podcast, maar we hebben er wel naar gerefereerd toen ik Roman vroeg in het Zuid-Afrikaanse elftal een luiaard te ontdekken.
Zoo City speelt zich af in een alternatieve versie van Johannesburg, waarin mensen die een misdaad hebben gepleegd op magische wijze gelinkt worden aan een dier. De hoofdpersoon van de roman, Zinzi December, is een voormalig journalist en herstellende drugsverslaafde die tot een luiaard wordt 'geanimeerd' nadat haar broer is vermoord.
Ze woont in de buitenwijk Hillbrow, die in de roman de bijnaam ‘Zoo City’. Het is een etterende sloppenwijk vol dierenmensen, vluchtelingen en afgedankten. Zinzi probeert de financiële schuld die ze haar drugsdealer verschuldigd is, terug te betalen door mensen geld in rekening te brengen voor haar speciale vaardigheid: verloren dingen, van voorwerpen tot mens, terugvinden.
Wanneer de politie haar laatste salaris in beslag neemt, wordt ze gedwongen haar minst favoriete baan op zich te nemen: vermiste personen. Ingehuurd door de teruggetrokken muziekproducent Odi Huron moet ze een popster zien te vinden. Met het geld dat Zinzi met die klus verdient, zou ze in een keer haar schuld af kunnen betalen en Zoo City kunnen verlaten.
Beukes zelf beschrijft haar boek als:
‘Black magic noir about a girl with a sloth on her back and the magical ability to find lost things.’
Het is urban fantasy, het is mysterie, het is een eclectische mengelmoes van drugs, seks, muziek, vluchtelingen, voodoo, brute menselijkheid en schuldgevoelens. Vooral dat laatste, schuld, loopt als een rode draad door het boek. En daarbij gaat het niet om de vraag OF je echt schuldig bent maar over dat je je schuldig voelt, of dat nou terecht is of niet.
Paul Lomami-Tsibamba - Ngando en andere verhalen
De zogenoemde ‘eerste Congolese roman’ uit 1949 is een tof werk dat aan de ene kant een realistisch beeld van het dagelijks leven in Kinshasa geeft, terwijl aan de andere kant voorvader- en watergeesten zich met iedereen bemoeien, een feeks haar eigen kinderen verslindt en er offers worden gebracht aan een kwaaie watergod. Het loopt allemaal door elkaar.
En dan zit er in Ngando ook nog heel wat kritiek op de samenleving en de naderende overheersing, de witte inmenging. Werklozen die in de haven rondhangen worden opgepakt door politiemannen met rode fezzen op hun hoofd, in opdracht van de rijke witte werkgevers die niet willen dat ooms en zoons en vaders rond hun werknemers hangen. Ze worden de stad uitgebonjourd.
Onder de dikke apenbroodbomen krioelde het van de luidruchtige vrouwen, die gerookte vis verkochten en van wie de gezichten zo gedetailleerd getatoeerd waren dat het leek of ze bedekt waren met schubben. Ze kwamen regelmatig naar de haven en bleven er van ‘s ochtends tot ‘s avonds wachten op de boten uit Opper-Congo, of op de enorme prauwen die kinshasa voorzagen van gerookte vis, gepekeld vlees, yams en andere etenswaren.
In de bundel staan meerdere verhalen, die ook stuk voor stuk goed zijn, zoals Geneeskunde bedrijven. Dat verhaal begint geweldig, want op de heuvel naast het dorp slaat de tamtamklopper een ritme en kondigt daarmee aan dat het weer tijd is om het katoen quotum te halen. Juist nu de ‘capita katoen-boy’ (degene die verantwoordelijk is voor het halen van de katoen-productie-quota, katoen per hoofd, katoen capita) van het dorp ziek is.
De magiër van het dorp is helaas net weg naar een luipaard dat schapen aan het doden is een paar dorpen verder. Ze moeten hem halen, maar liever niet meteen want ‘in het bos krioelt het van demonen en boze tovenaars.’ ‘s Nachts dromen de mannen in het dorp van vluchtige wezens met vlammende ogen. De volgende morgen komt er een witte dokter, onder begeleiding van soldaten, naar het dorp toe. Hij onderzoekt de plattelandsbevolking en constateert de slaapziekte - verspreid door TseeTsee-vlieg. De dokter wil de zieken meenemen om in het ziekenhuis in de stad te behandelen, maar het dorp komt in opstand.
Daar bereikt het verhaal z’n hoogtepunt. De clash tussen beschavingen; de medische wetenschap die wordt gewantrouwd; andere kennis die wordt gevreesd. En verhaal van alle tijden eigenlijk. In het dorp geloven ze dat een gezond, goed man niet uit zichzelf ziek kan worden. Hij moet onder invloed zijn van boze geesten. En ze geloven dat je alleen ‘s nachts geneeskunde mag toepassen, terwijl de dokter zegt dat ze hem overdag zullen behandelen.
Het dorp komt in opstand en het verhaal neemt daarna een verrassende wending.
Nnedi Okorafor - Who fears death
Een boek dat zich afspeelt in een futuristisch, post-apocalyptisch Afrika, zonder technologie waar constante zandstormen het land teisteren en magie, shamanen en tovenaars de dienst uitmaken. Het is een roman die seksisme, misogynisme, onderdrukking en genocide aan de kaak stelt, maar tegelijkertijd is opgebouwd uit clichés, zoals mannen slecht, vrouwen goed; Chosen One saves the world; coming-of-age; wijze mentor en een queeste. Dat deert overigens niet (al te veel), want het verhaal zelf is krachtig en impactvol.
In het heilige boek van de Nuru staat dat de Okeke minder zijn dan hen en daarom besluiten de Nuru om alle Okeke uit te roeien. Een vrouw wordt verkracht en overleeft de genocide van haar dorp, vlucht woestijn in, bevalt van een dochter, kleur van zand. Onyesonwu, dat Wie vreest de dood? betekent in een oude Afrikaanse taal. Onye is de ‘uitverkorene’: zij kan met haar magie een einde maken aan de genocide op de Okeke. En dus gaat ze op reis om haar lot te vervullen, en om te vluchten voor haar vader, de verkrachter, die haar probeert te vermoorden.
Het boek is een gigantische flashback. Onye wacht namelijk op executie en vertelt haar verhaal in drie delen aan een journalist (beetje als The Name of the Wind van Patrick Rothfuss).
'What makes you think that you should understand it all?' he asked. 'That's a lesson you have to learn. We'll never know exactly why we are, what we are, and so on. All you can do is follow your path all the way into the wilderness, and then you continue along because that's what mus upt be.'
Who fears death is duister, rauw en vaak ook oncomfortabel, maar het laat je niet los. Je wil meer weten, worstelt je door iedere pagina, want je moet en zal weten hoe het verhaal van Onyesonwu eindigt.
Waarschuwing: vrouwelijke besnijdenis
Woppa Diallo en Mame Bougouma Diene - A soul of small places
A soul of small places van Woppa Diallo en Mame Bougouma Diene is heel kort, slechts 22 pagina's. Maar een verhaal hoeft niet lang te zijn om indruk te maken.
Het speelt zich af in een geïsoleerd dorp waar herders systematisch meisjes en vrouwen verkrachten en begint met een beschrijving van een grote steen aan de rivieroever, die een rode draad door het verhaal wordt. Volgens de dorpsoverlevering zou de steen ooit een pasgetrouwde vrouw zijn geweest, die op de avond van haar huwelijk wordt verkracht door mannen uit haar nieuwe familie. Een voorvadergeest, een spirit van de rivier, krijgt medelijden met haar en vervult haar wens – in plaats van de last van schaamte of straf te ondergaan, wordt ze liever in steen veranderd.
Het is een activistisch verhaal, niet grafisch of expliciet, maar natuurlijk en intuïtief, geworteld in een nachtmerrie die in veel dorpen nog een realiteit is, beschreven op een dromerige manier die zowel breekbaar als onbuigzaam is. Glas. Het dorp in A soul of small places is gebaseerd op het dorp waar Diallo vandaan komt, de fictieve Woppa Diallo vertelt háár verhaal.
En de laatste zinnen liet me achter met een traan.
‘Go home and sleep, little sister. I’m not going anywhere. Come back tomorrow and kiss me. You’ll find me here, by the river. And I’ll whisper to you.’
Abdulrazak Gurnah - Hiernamaals
Tanzaniaanse roman in klassieke stijl - doet denken aan het werk van de fabuleuze Egyptenaar Nagieb Mahfoez. Een epos over de Duitse koloniale invloed in het land, en de gevolgen door de oorspronkelijke inwoners. De schrijver werd in 2021 bekroond met de Nobelprijs voor Literatuur.
Als kind werd hoofdpersonage Ilyas ontvoerd door een soldaat van de Schutztruppe, het huurlingenleger van lokale strijders die bloederige conflicten uitvechten voor de Duitsers. Na jaren te zijn weggeweest keert Ilyas terug naar zijn geboortedorp in Duits-Oost-Afrika, waar blijkt dat zijn ouders zijn overleden en dat hij een jongere zus heeft, Afiya. Hij neemt haar onder zijn hoede. Als een nieuw conflict zich aandient vertrekt Ilyas tot verbazing van zijn vrienden weer om de Duitsers aan de overwinning te helpen.
Ook Hamza meldt zich bij de Schutztruppe, waar hij het lievelingetje wordt van een officier. Dit biedt Hamza tegen wil en dank bescherming, maar kost hem misschien wel meer. Als hij na de oorlog lichamelijk en geestelijk beschadigd terugkeert naar de stad waar hij als kind heeft gewoond, zijn de kleren die hij aanheeft nog zijn enige bezit. Door een gelukkig toeval vindt hij werk en ontmoet hij op een dag ook Afiya, met wie hij een nieuw leven hoopt op te bouwen.
Dave Eggers - De parade
Kort noemde Roman deze fascinerende allegorie in de eerste aflevering van de podcast. De Amerikaan Eggers schrijft over de aanleg van een weg dwars door een niet te herkennen Afrikaans land door twee Amerikaanse werkmannen. De weg is bedoeld om vooruitgang te brengen, maar brengt de weg die ook echt? Fantastisch boek, behoorlijk dun, je leest hem zo uit.
Lesley Nneka Arimah - Skinned
Wederom een kort verhaal dat een reflectie van problemen in onze eigen wereld is, niet alleen in Nigeria, maar wereldwijd. Kritiek op misogynie, caste systemen, onredelijke huwelijksverwachtingen, ongelijkheid binnen zogenoemde progressieve en liberale bewegingen. Hoe definieert rijkdom mannelijkheid? Wat weegt zwaarder: bezit van kapitaal of naleven van sociale richtlijnen? Delen genderongelijkheid en sociale/raciale ongelijkheid dezelfde oorzaak? En wat is deze oorzaak dan?
Het verhaal speelt zich af in een wereld en cultuur waarin meisjes door hun vaders worden gekleed en wanneer ze de huwbare leeftijd bereiken gedwongen worden naakt te blijven (waarbij armere gezinnen gedwongen worden hun dochters op jongere leeftijd uit te kleden). De vrouwen blijven naakt totdat ze trouwen en hun echtgenoten hen kleding geven.
Ook zijn er vrouwen uit de laagste kaste, de osu, die hun gehele leven naakt doorbrengen, met geschoren hoofd en een litteken. Osu-vrouwen blijven grotendeels onopgemerkt in de samenleving, en hun naaktheid, en zelfs hun aanwezigheid, wordt genegeerd.
Het verhaal volgt Ejem, een vrouw die tot ver in haar volwassenheid ongehuwd (en dus naakt) is gebleven. De niet-opgeëiste status van Ejem begint haar leven op diepgaande manieren negatief te beïnvloeden, variërend van het verlies van vrienden die liever hebben dat hun echtgenoten geen tijd doorbrengen met een ongeklede vrouw, tot het verlies van haar baan als ze haar meer een afleiding vinden op de werkplek, tot kritiek. Terwijl Ejems leven zich in een neerwaartse spiraal bevindt, ontmoet ze Odinaka, een van de rijkste vrouwen ter wereld die zichzelf heeft gekleed, ondanks wetten die dit verbieden. Odinaka neemt Ejem in huis en biedt haar huisvesting en kleding aan. Maar Ejems voelt zich misplaatst en beschaamd, en vraagt zich af of er in deze wereld wel plek is voor haar.
‘If the law requires me to be naked, I will be naked. And I will be goddamned if they make me feel uncomfortable for their law.’
José Eduardo Agualusa - Regentijd
11 november 1975: de Portugese kolonie Angola wordt na een bloederige koloniale oorlog onafhankelijk. Een van de drie bevrijdingsbewegingen, de MPLA, grijpt de macht en er ontspint zich een gewelddadige machtsstrijd met de andere twee, gesteund door het Westen en China.
De dichteres Lídia do Carmo verzet zich tegen de nieuwe koers en belandt in de gevangenis. De schattingen lopen uiteen, maar vele tienduizenden van die gevangenen worden op gruwelijke wijze gemarteld en vermoord, onder andere levend uit helikopters en vliegtuigen gegooid. In Regentijd vertelt Agualusa het verhaal van de dichteres en van een jonge radicale journalist, die beiden de massamoord overleven. Een verhaal dat flirt met surrealisme, een dromerige vertelling.
Agualusa schrijft over beladen thema’s – de koloniale oorlog en de moeilijke weg naar onafhankelijkheid –, maar het knappe is dat de roman ondanks die zware onderwerpen een ironische ondertoon toon heeft met, zoals gezegd, surrealistische uitstapjes.
Bovendien wordt de roman bewoond door fantastische, fantasie-rijke personages, dat blijkt bijvoorbeeld bij een hartvochtige kolonist die opstandelingen laat onthoofden, en op oudere leeftijd op een marktje in Lissabon als verkoper van papegaaien eindigt. Dat het dan weer net kleurrijke vogels zijn in zo’n mooie stad als Lissabon… in dat soort details zit de kracht van de schrijver.
De oma van de jonge journalist spoort haar kleinkind aan om Angola te verlaten. Ze zegt:
‘Ga weg jongen, dit land gaat nergens naartoe. Ik ben als het savannagras, ik draag geen vrucht en draag geen schaduw. Dat is iets goeds in dit land. Niemand ziet ons.’
Een dromerige. slim geschreven boek over een verscheurd land in een krankzinnige tijd.
J. M. Coetzee - Zomertijd
In aflevering 9 nam een gast de literatuurtip voor zijn rekening: Thomas Heerma van Voss, schrijver van meerdere romans, waaronder Condities en de verhalenbundels De Derde Persoon en Passagiers/achterblijvers. Op verzoek van Roman en mij vertelt hij over de roman Zomertijd, van J.M. Coetzee. Luister en laat je inspireren.
Ryszard Kapuchinski - Nog een dag
Ryszard Kapuchinski is een van de beste reis-schrijvers ter wereld. Hij kwam onder vuur na zijn dood, omdat – zo bleek – hij niet altijd de waarheid schreef in zijn boeken. Zijn stukken voor de krant waren altijd feitelijk, maar in zijn boeken eigende hij zichzelf literaire vrijheden toe. Een bekend verhaal is bijvoorbeeld dat hij bij twee revoluties in Afrika aanwezig zou zijn geweest, terwijl deze op hetzelfde moment plaatsvonden.
In 1975 was hij als correspondent in Angola tijdens de oorlog. Er is een machtsvacuüm wanneer hij er aankomt. Er is veel onduidelijk, veel onzekerheid en onbekendheid. Hij wacht met de inwoners van Luanda op wat er gaat gebeuren en vreest een enorme afrekening van de Angolezen met de buitenlanders in de stad. De politie trekt zich terug, brandweermannen verdwijnen, en er ontstaat een stad van hout, van kisten waarin mensen wonen. Een stad van hout die uiteindelijk afdrijft naar zee. En wanneer zelfs de honden de stad verlaten hebben, besluit Kapuchinski af te reizen naar het front…
Indrukwekkend.
In 2018 is er ook een animatiefilm gemaakt over Kapuchinski's verhaal. Ook werkelijk het kijken waard. De film is te zien via Prime Video en neemt ons mee in de gekte, de hoop, het onrecht en het idealisme van de onafhankelijkheidstrijd, die Kapuchinski zo treffend wist vast te leggen in zijn boek.
Karima Ahdad - The baffling case of a man called Ahmet Yilmaz
Geschreven door de Marokkaanse auteur en journalist Karima Ahdad en vertaald door Katherine van de Vate. Ahdad schuwt moeilijke onderwerpen niet. Het verhaal onderzoekt thema's waar we ons mee kunnen identificeren: identiteit en erbij horen, dromen nastreven en ambitie, immigratie en discriminatie, en hoe deze elkaar allemaal kruisen. Ahmet, een Marokkaan van Amazigh-afkomst, woont met zijn vrouw Fatima in Istanbul en wil graag staatsburger worden van Turkije, een land dat wordt bewonderd in de Arabische wereld.
There were only three kinds or classes of people in the world: Europeans, who had the highest status; Turks, who ranked slightly lower; and at the bottom, Arabs, the last people on earth to deserve respect or appreciation.
Hoewel hij zijn doel bereikt en zelfs zijn naam verandert in een Turkse naam, wordt hij tot zijn ergernis nog steeds beschouwd als een buitenstaander – een Arabier, ook al is hij eigenlijk Amazigh. De identiteitscrisis van Ahmet komt tot ontploffing wanneer zijn Turkse huisbaas besluit dat hij niet langer zijn woning aan ‘Arabieren’ wil verhuren.
En dan krijg je de vraag: wie hoort erbij en op welke basis? Het is een complexe vraag, waarvan het antwoord vaak leidt tot discriminatie, ongelijke verdeling van middelen en in het geval van Ahmet Yilmaz zelfs geweld.
Why does a person want to become something other than what he really is, he asked himself, as he contemplated his reflection in the glass doors of the airport. Today, for the first time, he felt like there was a pressure cooker instead of a brain inside his skull. What about his curly hair, his dark complexion, and his North African features? He hadn't given them a second thought in his rush to acquire Turkish citizenship and change his name from Ahmad al-Mansuri to Ahmet Yilmaz.
He got into a taxi and headed towards his home in Istanbul, musing that some things in life can't be changed, like the past, or one's memories. A person can change the way he thinks, his car, or where he lives. He can alter his nose, his hair color, even his name. A person can change anything and everything about himself except his past. And for him, Ahmad al-Mansuri, it was that he'd been born in Morocco, not Turkey.
Names are only names; most of the time they don't mean anything, he consoled himself as he stared through the taxi window at the road, as dark and desolate as his mood. A thought suddenly hit him like a splash of cold water on his head: So if that's the case, why do we try to change our names?
The baffling case of the man called Ahmet Yilmaz. Een kort verhaal met impact en zeer relevant binnen onze huidige maatschappij.
Camara Laye - The radiance of the king (Le regard du roi)
The Radiance of the King is een komische, surrealistische, bijna Kafkaëske kijk op het witte 'meesterras'. Clarence (geen achternaam), laat een spoor van ruïne achter in de vorm van schulden, en komt terecht in een niet nader genoemd Afrikaans land waar hij besluit dat hij om een positie bij de koning zal vragen. Dat verdient hij, denkt hij. Waarom? Omdat hij wit is, duh.
Maar eerst komt hij terecht bij een sluwe oude bedelaar en twee Afrikaanse jongens die hem overhalen om naar het zuiden van het land te reizen.
Het is een mix van Alice in Wonderland en een tegenhanger van Heart of Darkness van de Pools-Engelse schrijver Joseph Conrad, dat zich afspeelt in de Onafhankelijke Congostaat, 'eigendom' van koning Leopold II. Le Regard is soms aan het oppervlak complex, omdat het verhaal verteld wordt vanuit het perspectief, de context, de woorden en de taal van de koloniale overheerser, terwijl het onderwerp onomwonden AFRIKA is. En dat zorgt soms voor verwarring. Wat Clarence niet snapt, snapt de lezer ook niet, en niet alles is gelijk duidelijk.
Het Afrikaanse land waar het verhaal zich afspeelt is onbekend, niet omdat Laye het verhaal niet in Guinee of een ander specifiek West-Afrikaans land wil plaatsen, maar omdat mensen als Clarence Afrika werkelijk ervaren alsof het één plaats is, één land in plaats van een continent, en dus zijn de namen van naties/volkeren/geografieën voor hen (en dus ook ons als lezer) onbelangrijk. Clarence is simpelweg niet in staat het (naamloze) land waarin hij zich bevindt te ervaren of te begrijpen. Wat hij ervaart, zijn allemaal clichés. Afrika stinkt. Afrikanen springen veel op en neer. Afrikanen zijn charlatans en corrupt. Afrika is smerig. Afrika zit vol met seksueel beschikbare vrouwen.
Clarence komt bijvoorbeeld in een dorp in het zuiden aan, waar hij wordt ontvangen als held en net buiten de koninklijke residentie een mooie hut krijgt en een vrouw, Akissi, die hem iedere avond opzoekt en bevredigt. Maar in werkelijkheid is die ene vrouw, vele vrouwen. Clarence heeft dat niet door, omdat alle zwarte vrouwen er voor hem hetzelfde uitzien. De bedelaar heeft, zo blijkt later, Clarence voor een ezel verkocht aan het dorpshoofd, de hut is zijn gevang en hij wordt iedere nacht bezocht door verschillende vrouwen uit de harem zodat hij voor de koning 'cafe-au-lait'-babies kan maken.
Clarence's situatie en tegenslagen zijn bewust Kafkaësk, zowel grappig als nachtmerrieachtig. Laye geeft ons in eerste instantie het Afrika dat de blanke man verwacht: naakt, wemelend en onbegrijpelijk. Maar terwijl Clarence geleidelijk wordt ontdaan van elk kenmerk van zijn Europeaan-zijn en uiteindelijk wordt verkocht aan de koninklijke harem, begint hij eindelijk zijn plaats te begrijpen.
Reizend door een steeds fantasmagorischer landschap in het gezelschap van een bedelaar en twee guitige jongens, wordt Clarence ontdaan van zijn pretenties. Uiteindelijk is de verbijsterende reis van Clarence de aanleiding voor een openbaring, wanneer hij het zowel beschamende als prachtige beeld van zijn eigen menselijkheid ontdekt in de buitenaardse pracht van de koning.
"He is young and he is frail," remarked the beggar, "but at the same time he is very old, and very strong... If he were not so heavily weighed-down with gold, there would be nothing to keep him among us here."
"Why should he want to leave you?" asked Clarence.
"Why should he not want to leave us?" retorted the beggar. "Do you suppose he was intended for the likes of us? The weight of all that gold holds him captive here."
"Gold ..." said Clarence, bitterly.
"Gold can also be something more than just gold," the beggar proclaimed. "Among you white men, is gold always just gold and nothing else?"
Yambo Ouologuem - De onvermijdelijkheid van geweld
Vertaald door Martine Woudt en Gertrud Maes. Roman hoorde voor het eerst van dit boek toen drie jaar geleden in Frankrijk de jonge Franse-Senegalees schrijver Mohamed Mbougar Sarr De diepst verborgen herinnering van de mens schreef.
Sarr gaat in die roman op zoek naar de schrijver Yambo Ouologuem, die verdwenen is na het publiceren van Le devoir de violence. In het Nederlands vertaald als ‘De onvermijdelijkheid van geweld’.
Destijds in 1968 werd De onvermijdelijkheid van geweld onthaald als meesterwerk. Ouologuem won er als eerste Afrikaan ooit de Prix Renaudot voor. Die klassificatie kwam vooral omdat Ouologuem anders schreef over Afrika. Het geweld was volgens hem niet met de kolonisten naar Afrika gekomen, maar het was er altijd al.
Kritiek op het boek zwol snel aan - de schrijver zou passages hebben geplagieerd van Graham Greene, flitsen Flaubert zouden erin zitten. Ouologuem viel van zijn voetstuk en verdween, werd een mythe, en Mohamed Sarr gebruikt precies dat verhaal voor die uiterst succesvolle, gelaagde labyrintische roman die hij schreef.
De Onvermijdelijkheid van geweld gaat over de gewelddadige lotgevallen van het Afrikaanse volk en speelt in het fictieve Nakem, waar alleenheersers alles en iedereen onder de duim houden. Moord, marteling, brandstichting, verkrachting, onthoofding, vrouwen besnijdenis en iets dat zich het best laat beschrijven als geregistreerde slangenbeten.
We volgen dit rijk ongeveer acht eeuwen lang. Als de witte kolonist uiteindelijk komt, zijn de mensen in het rijk blij omdat volgens de schrijver ‘de beschaving arriveert’. Dit leverde Ouologuem uiteindelijk veel kritiek op.
Het is een zinderend, wild boek, een ware trip. Ouologuem rijgt volksgeloof, legenden, slavenverhalen en liefdesgeschiedenissen aan elkaar, en gaat van bijtende ironie tot teugelloze erotiek, waarbij Europa en het koloniale systeem – evenzeer afgekraakt als bespot – niet gespaard worden.
Een roman die rijk en tragisch is, evenals gewaagd en onbeschaamd.
Edwige-Reneé Dro - The shoes
Edwige-Renee Dro is een activist en auteur. In maart 2020 opende zij in Abidjan een openbare bibliotheek met een focus op werk van vrouwen uit Afrika en de zwarte diaspora. Ze noemde de bibliotheek 1949, ter nagedachtenis aan de Ivoriaanse vrouwen die in 1949 tegen de koloniale macht marcheerden, als onderdeel van de strijd van onafhankelijkheid in Ivoorkust.
Le chaussures – ofwel The shoes – ontrafelt de complexe lagen van senioriteit, en de invloed en rolverdeling van mannen en vrouwen binnen een traditionele dorpsomgeving. De personages verdringen zichzelf en hun verantwoordelijkheden wanneer de broer van de verteller, Karim, een paar mooie schoenen koopt, wat voor opschudding zorgt.
Yesterday, Baba called us. Of course, Baba always calls us. If a father doesn’t call his children, what kind of a father is he? So, he calls us to say, “Go, fetch water for me”, or “Your mothers have brought the food over. Come let’s eat”, or to say, “Go and run this errand.” But this was another type of calling: this calling gathered us all the children, and we are many. Maybe we are 14, but I have never counted us. It is bad to count people who are still breathing; only the dead are counted.
Het is een prachtig en leuk inkijkje in de complexiteit van de hiërarchie binnen een traditionele familie, die veel meer omvat dan alleen het gezin.
Doorkronkelen is een gratis nieuwsbrief die in stand wordt gehouden door lezers. Wil je me steunen? Upgrade dan naar een betaald abonnement of neem je petje voor mij af. Cheers!
Heb jij de meest recente aflevering van Y’a koi al geluisterd? In Met een tevreden hart naar huis gaan voer ik je mee in een magische, door nunumbladeren opgewekte beschrijving van mijn Nigeriaanse overwinningsroes. Roman omarmt de basisplek voor Sébastien Haller, maar zit met zijn hoofd nog bij het indrukwekkende gebaar van de Congolezen. En Gilles Mbiye-Beya belt vanuit Ivoorkust in, vlak na Ivoorkust-Congo.