De tweesprong van Hercules
Over deugd en ondeugd, een high school voetbalteam en blauwe, buitenaardse wezentjes
Ik ben altijd al licht geobsedeerd geweest door Griekse mythologie. Toen ik opgroeide hadden de mannen in mijn leven (buurjongens, vrienden en collega's) vaak meer met de Romeinen – alle wegen leiden naar Rome, en blijkbaar ook alle gedachtes van mannen, zo bleek deze week uit een TikToktrend – en Sam en zijn vrienden rumineren graag en met enige regelmaat over het Derde Rijk en Heinz Guderian (de Duitse tankcommandant die tegen Hitler schreeuwde en het overleefde), maar ik hield het toch liever bij de Griekse goden, halfgoden, nimfen en helden, zoals Dionysus, Medusa en Achilles.
Misschien dat Lucy Lawless, Ryan Gosling en Kevin Sorbo ook een kleine vinger in mijn Griekse papje hadden. Ik was verslaafd aan alledrie1 de series. Alalaes!2
Heracles was mijn favoriete Griekse held. Niet Kevin Sorbo's Hercules, de semi-tragische held van ‘The Legendary Journeys’ die de favoriete zoon van Zeus was en iedere aflevering onschuldige dorpelingen redde van kwaadaardige krijgsheren, moordende monsters en de grillen van de goden.
Nee, de échte Hercules, wiens echte naam Heracles was.
Sidenote: eigenlijk is Hercules, zoon van Jupiter en Alcmena, de Romeinse variant van de Griekse Heracles, maar in het moderne Westen wordt Heracles vaak Hercules genoemd.
Hij was het resultaat van de ‘verkrachting’ van Alkmene door Zeus, die zich vermomd had als haar man Amphitryon om zo zijn eigen lusten te vervullen. Drie dagen en drie nachten heerste er algehele duisternis op aarde en uit dat minnespel werd uiteindelijk Hercules geboren. Geen wonder dat hij een op z'n zachtst gezegd complex en immoreel karakter in de mythologie is.
De oude Grieken zagen Hercules als een rolmodel. ‘The best of men’. Hij werd als de ideale man gezien, in de zin dat hij de mensheid overstijgt. Griekse helden waren in de regel niet moreel bewonderenswaardig. Het waren gewone stervelingen – geen goden, absoluut niet – die iets opmerkelijks in het leven hadden bereikt en na de dood blijvende erkenning verdienden.
Zoals elke Griekse held verlegde Hercules de grenzen van de menselijke mogelijkheden, en was in die zin bewonderenswaardig. Bovendien werd hij herinnerd als een ‘cultuurheld’ – iemand die de weg vrijmaakte voor de beschaving door monsters te vernietigen.
Maar zelfs de mythen die hem in een positief daglicht stelden, negeerden nooit de bijkomende schade die Hercules vaak toebracht aan de gemeenschappen die hij hielp. Hij werd vaak omschreven als min of meer goedbedoelend, zij het een beetje zwak; maar zelfs als zijn stiefmoeder Hera hem niet tot gruweldaden zoals de moord op zijn kinderen dreef, had hij een moordzuchtig karakter dat hem er vaak toe bracht degenen die hij wilde helpen, geheel of gedeeltelijk te vernietigen. Hercules was van het credo ‘eerst steken en later vragen stellen’.
In de Griekse literatuur is Hercules veelvormig. Soms verschijnt hij als enorm sterk, grof van aard en niet al te slim. Maar anderzijds werd hij voorgesteld als sterveling die goddelijk werd, een natuurlijke metafoor voor de vervolmaakbaarheid van de mensheid. Daar komt ook de beroemde parabel de ‘Keuze van Hercules’ vandaan, zoals beschreven door de sofist Prodicus. Een jonge Hercules ontmoet twee vrouwen: ondeugd en deugd (of in andere versies, goede orde en tirannie). De ondeugd biedt hem rijkdom en roem, de deugd belooft ontberingen in dienst van het goede. Hercules kiest op deze tweesprong wijselijk het pad van de deugd.
Terwijl hij zo zat te peinzen, zag hij twee rijzige vrouwen op zich toekomen. De ene had een waardig en edel uiterlijk en een ingetogen blik; vlekkeloos wit was haar gewaad. De andere had uitdagende vormen en een drieste oogopslag. Haar gelaat was ‘geblanket’ en zij droeg doorzichtige kleding. Telkens keek zij naar haar eigen schaduwbeeld.
‘Heracles ik zie dat je aarzelt welke weg je zult kiezen om door het leven te gaan. Indien je mij als je gezellin kiest, zal ik je langs een weg van louter genot voeren en geen enkel ongemak zal je deel zijn. Aan alle lusten zal je toe kunnen geven en niets behoeven te weigeren dat je behaagt.’
Toen Heracles dit aanlokkelijke aanbod hoorde, vroeg hij verwonderd naar haar naam. En zij antwoordde: ‘Mijn vrienden noemen mij de Gelukzaligheid, maar mijn vijanden die mij kleineren willen, noemen mij de Ondeugd.’
Intussen was de andere vrouw naderbij gekomen. ‘Ook ik kom tot je, Heracles,’ sprak zij, ‘want ik ken je ouders en weet hoe je bent opgevoed en ik hoop dat je in het grote en het goede zult uitblinken! Maar weet wel, dat slechts een lange en moeizame weg de mens voert naar al wat goed en waardevol is, want aldus hebben het de goden bestemd. Is het je wens dat de Grieken je om je rechtschapenheid en moed bewonderen, dan dien je de weldoener van het land te worden. Wie oogsten wil, moet zaaien. Wie wil zegevieren, moet de krijgskunst leren en wie zeggenschap over zijn lichaam wil hebben, moet het harden door arbeid en inspanning.’
Ik keek vanmiddag naar Twente - Ajax en moest weer denken aan Hercules en zijn tweesprong. Eerlijkheid gebiedt dat wie Ajax zegt, eerder denkt aan de Aianten, kleine en grote Ajax, uit de Ilias van Homer.
Kleine Ajax was een boogschutter die vocht in de Trojaanse oorlog. Hij stond bekend om zijn snelheid en alleen Achilles was sneller. Hij zou door Poseidon uit een zeestorm zijn gered, maar daarbij zo overmoedig zijn geweest – vol branie en randstedelijke arrogantie – dat Poseidon de rots waarop Ajax zat, stuk sloeg. Ajax verdronk vervolgens.
Volgens een andere vertelling sleurde Ajax tijdens de Trojaanse oorlog een zieneres uit haar tempel, waarna hij zich aan haar vergreep. De godin Athena strafte hem hiervoor.
De schurk zelf, nog vlammen brakend uit zijn doorboorde borstkas, heeft zij in een windhoos opgetild en hem gespietst op een scherpe rots.
Grote Ajax was een van de aanbidders van Helena, de mooiste vrouw van Griekenland. De Trojaanse koningszoon Paris ontvoerde Helena, die op dat moment getrouwd was met de Spartaanse koning Menelaos, wat – heel kort gezegd – het begin van de Trojaanse oorlog betekende. Ajax had een eed afgelegd om degene die Helena's man werd te helpen, waardoor hij verzeild raakte in deze oorlog.
Zijn moed, kracht en postuur waren enorm. Hij stak letterlijk met kop en schouders boven de rest uit, aldus de Ilias. Hij had een gigantisch schild gemaakt van ossenhuid en tijdens alle gevechten in de oorlog raakte hij nooit gewond.
Toen hij zich geheel had gepantserd, ging hij voorwaarts zoals de reusachtige Ares ten strijde gaat te midden der mannen, die Zeus heeft samengebracht in een woedende strijd en verterende twist. Zo verscheen de reusachtige Ajax, de schutsmuur der Grieken, met een glimlach op het grimmig gelaat. Met grote passen schreed hij voort, zwaaiend zijn lange lans. Met vreugde zagen de Grieken naar hem, maar een bevende angst bekroop de Trojanen, van een ieder, ja, ook van Hektor bonsde het hart in de borst. Maar het was nu niet mogelijk terug te deinzen of te sluipen binnen de drom van zijn mannen; hij had uitgedaagd tot de strijd. Ajax naderde dragend zijn schild, als een bolwerk zo groot, beslagen met brons, van zeven runderhuiden gemaakt door Tychios…
Ajax was deels onsterfelijk, maar overleed uiteindelijk nadat hij zichzelf had doorboord met zijn eigen zwaard. Misschien wel toepasselijk voor de huidige situatie bij Ajax. Maar we lijken ook op een Herculiaanse tweesprong te zijn beland. Want wat is er de afgelopen zomer nu eigenlijk gebeurd bij Ajax? Hebben we gekozen voor de deugd en alle ontberingen die daarbij horen, zoals weer een pijnlijk optreden en bijbehorend verlies 3-1 tegen Twente? Of is de ondeugdelijke weg ingeslagen en dachten we door maar flink in te slaan op de transfermarkt zonder – zoals velen denken – een langetermijnplan te hebben op ondeugdelijke wijze roem te vergaren?
Het lijkt vooralsnog te vroeg om een eindconclusie te kunnen trekken, maar de parabel van Hercules blijft toch door mijn hoofd spoken. Zoals Hercules het pad van de deugd koos voor blijvende grootsheid, kan het omarmen van transparantie, samenwerking en gedeelde waarden de authenticiteit en eenheid van de club helpen waarborgen. En misschien geldt dat ook wel voor voetbal als geheel.
Heeft het voetbal niet veel weg van Hercules? Het principe van het spel is bewonderenswaardig, we vereren sommige spelers als helden, maar tegelijkertijd berokkent het ons ook schade en het balspel lijkt een perverse stok te worden om mee te slaan. Zijn we als sport niet op een tweesprong beland? Net als Hercules. Zomaar eens een gedachte op zondagmiddag die het verder uitwerken waard is.
Wat me op het volgende brengt:
Ruim twee maanden geleden schreef ik de laatste Doorkronkelen. Wat een maandje pauze moest worden, werd een uitgebreide zomerstop. Maar bovenal, een periode waarin ik nog meer voetbalkronkels bedacht en eens serieus nadacht over wat ik wil met deze nieuwsbrief.
Het is een plek waar ik m'n gedachtekronkels kwijt kan, dingen die mij interesseren kan delen met mensen die dat waarderen – en dat is om eerlijk te zijn eigenlijk nog steeds een beetje surrealistisch, zien en horen hoeveel van jullie deze nieuwsbrief lezen en waarderen. En de afgelopen maanden kwam er van alles voorbij. Veel filosofie, een beetje geschiedenis en ook wat cultuur. En altijd, zoals het hoort, voetbal.
Hoe nu verder, vroeg ik me af? Een tijdje geleden vroeg ik welk deel van de nieuwsbrief je het leukst vindt? En welke het minst. De meesten lezers antwoordden op de eerste vraag: het mini-essay/de kronkels (73 procent).
Nee, grapje. Ik vraag me regelmatig af of wat ik vind en schrijf wel goed genoeg is – Haaland, geef me iets van jouw zelfverzekerdheid – dus ik was aangenaam verrast door deze uitslag. Doe ik toch iets goed. De boekentips vielen het minst in de smaak, mijn uitstapjes buiten het voetbal werden redelijk op prijs gesteld, en jullie willen meer achtergronden, persoonlijke verhalen en essays.
Vooral het schrijven in een vast format kost mij veel tijd. Ik gedij beter bij absolute chaos en ongefilterde woordenbrij, haha. En aangezien jullie hebben aangegeven mijn kronkels en mini-essays te waarderen – hebben jullie daar al spijt van? –, wil ik proberen om daar meer de focus op te leggen en lekker te blijven doorkronkelen. Daarom doe ik het vanaf volgende week net iets anders. Voortaan krijg je:
Iedere week een (kort) essay (achtergrondartikel, kronkel of persoonlijk verhaal, uiteraard voetbalgerelateerd)
Iedere drie weken een verzamelmail/round-up met 11 lees-, luister-, kijk- en volgtips over voetbal
Of dat gaat werken? We merken het vanzelf. Voor nu dus, de laatste Doorkronkelen in deze vorm. Tot volgende week!
Doorkronkelen is een gratis wekelijkse nieuwsbrief die in stand wordt gehouden door lezers. Sommige lezers betalen omdat mijn gekronkel ze blij maakt. Als je nou denkt, ‘ik word hier ook blij van’ overweeg dan te pledgen of via via Bunq.me een (kleine) donatie te doen. Cheers!
WAT IK LAS
De onderstreepte woorden zijn hyperlinks. Click away, my dears.
— Matthijs Snepvangers is een schrijver en journalist die sport, cultuur en geschiedenis combineert. Een man naar mijn hart. Zijn laatste wapenfeit is een deepdive in de geschiedenis van de B&A Boys. Jazeker, het voetbalteam van Bassie en Adriaan. Een geweldig verhaal over een jeugdtrainer die het hoog in zijn bol heeft, een ode aan voormalig profclub Fortuna Vlaardingen en waarom de B&A Boys na de rust niet van helft wisselen.
— Nadat het nationale herenteam van de VS was uitgeschakeld op het WK, liep het contract van bondscoach Gregg Berhalter af. Het werd niet verlengd en hij vertrok temidden een controverse over huiselijk geweld en een familievete met de Reyna's. Nu is Berhalter terug. Hij gaf vorige maand aan Vanity Fair een exclusief interview over het WK van 2026, Gio Reyna en de zes maanden tussen zijn vertrek en heraanstelling.
— De titel is wat misleidend: Ryan Gravenberch: From ‘Bimmer’ to Liverpool – via Amsterdam’s ‘royal supplier’. Dit artikel van The Athletic gaat namelijk niet alleen over Ryan Gravenberch en over de weg die hij heeft afgelegd. Maar ook over ouders die hun kinderen zien als ‘golden tickets’ en jeugdscouting. En over Ajax en Zeeburgia en de Bijlmer. Genieten.
— Wie mij een beetje kent, weet dat ik een zwak heb voor Zuid-Korea. Dus toen ik voor het eerst hoorde over de zeventwintigjarige Koreaanse spits Jung Sang-min was mijn interesse gelijk gewekt. Ik had namelijk geen flauw idee wie het was. Waar speelde hij, waar had hij z'n opleiding genoten en hoe was deze speler onder mijn radar doorgeglipt? Het antwoord was vrij snel duidelijk: AI.
Sinds juni bestaat er een heuse Artificial Intelligence voetbalcompetitie bestaande uit twaalf teams en 252 spelers, allemaal gegenereerd door middel van AI. Ik wilde er een stukje over tikken, maar The Athletic was me voor (en doet dat uiteraard véél beter): The AI league where players do charity work, post on social – and Clive Tyldesley commentates.
‘We’ve built a brand new global football league that is designed for the new, younger fan that is coming through that everybody is struggling to engage with.’
— De Elsik Rams zijn een varsity voetbalteam uit Texas, bestaande uit immigranten, vluchtelingen en vergeten jeugd. Voetbal is de enige houvast in het turbulente leven van de jongens, een alternatief voor bendes, geweld en andere problemen uit de buurt. Het team is familie en een manier om te ontsnappen aan de realiteit. Deze prachtige reportage die tegelijkertijd dienst doet als achtergrondartikel volgt het team, de spelers en de coach, Vincenzo Cox. Een mooi verhaal, dat inmiddels al meer dan een jaar oud is, maar dat deert niet.
About half of this year’s Elsik players were born outside the U.S. In addition to Honduras, they come from El Salvador, Colombia, Peru, Nigeria, the Republic of the Congo, Senegal, Vietnam, and Mexico. Many hadn’t played organized soccer before high school. Hector came up playing in the streets of La Ceiba, a port city of roughly 200,000 on the Gulf of Honduras. Senior defender Toliat Ajuwon grew up competing barefoot in Nigeria, braving “no-mercy” pickup games he said were more aggressive than anything he’d seen in the States. Junior midfielder Oumar Berete arrived last year from Senegal, where “nine out of ten kids want to be a soccer player” and where he played informal games on the beach but never had a proper coach.
— Een van mijn favoriete sportjournalisten is Jeré Longman. Hij schrijft over voetbal voor de New York Times, maar zijn verhalen misstaan niet in een editie van National Geographic of Condé Nast Traveler. Geen analyses of met clichés gevulde wedstrijdverslagen, maar verhalen over mensen, plekken en gebeurtenissen verbonden door voetbal. Hij heeft ook een aantal prachtige boeken geschreven, maar ik wil even van de gelegenheid gebruikmaken om drie van mijn favoriete Jeré-verhalen in het zonnetje te zetten:
Deep in the Amazon, an Isolated Village Tunes In to the World Cup
Watching the World Cup in a War Zone, Where Every Goal Matters
WAT IK KEEK
Een weekje geleden gaf Paul Pogba een exclusief interview aan Al Jazeera. Door alles dat deze week in het nieuws is gekomen (positieve dopingtest, voorlopige schorsing, salarisbevriezing, de ondergang van Pogba) zou je het bijna vergeten.
Hij spreekt met journalist Iman Amrani over politiegeweld, de vermoorde 17-jarige Nahel Merzouk, opgroeien in de buitenwijken van Parijs en de afpersingspoging. Maar ook over zijn geestelijke gezondheid, de druk die het leven als topsporter met zich meebrengt, racisme en geloof. Het is een open en kwetsbaar interview, waarbij Amrani moeilijke vragen niet schuwt. Een heel klein stukje inzicht in de mens Paul Pogba.
WAT NOU, VOETBAL
Ik heb een zwak voor animatieseries. Van BoJack Horseman, Disenchantment en Paradise PD tot Shaun the Sheep, Arcane en Cowboy Bebop. En dankzij Apple TV+ kan ik een nieuwe serie aan dat rijtje toevoegen: Strange Planet.
De serie is gebaseerd op een populaire webcomic en draait om vertederende blauwe buitenaardse wezens. Zij leven in een wereld die op de onze lijkt, maar beleven deze door een hyperletterlijke bril die de absurditeit van het menselijk bestaan blootlegt.
Dat wordt in de eerste minuten van de eerste aflevering gelijk duidelijk. ‘Do you have some mild poison?’ vraagt een passagier in een vliegtuig. ‘Yes,’ antwoordt de stewardess. ‘Maar alleen als je kan bewijzen dat je lang genoeg hebt bestaan.’ Alledaagse en gewone situaties – herkenbaar en vertrouwd – worden zo letterlijk geportretteerd, dat het plots absurd voelt. In dat soort momenten ligt de kracht van Strange Planet.
Combineer dat met taalkundige eigenaardigheden (die af en toe wel wat cliché zijn) – ouders zijn ‘life givers’, tanden worden ‘mouth stones’ genoemd – en je krijgt een uiterst komische tekenfilmserie vol momenten van herkenning en vermaak. Iedere aflevering heeft een ander thema. Ik heb hier een beetje vals gespeeld, want natuurlijk is er ook een aflevering gewijd aan voetbal: ‘Family, Fandom, Footorb’. Met een speciale glansrol voor de scheidsrechter.
Strange Planet is te zien op Apple TV+. Nieuwe afleveringen verschijnen iedere woensdag.
Nog één ding…
Samen met schrijver Roman Helinski ben ik bezig met een heel dik project. Tipje van de sluier: het project heet ‘Een Goddelijke Komedie’. Uiteraard gaat het over voetbal, maar wat nog meer? Als je raadt wat het is, verdien je eeuwige roem.
‘Hercules: The Legendary Journeys’ was een Amerikaanse televisieserie gebaseerd op de verhalen van de klassieke Griekse held, gespeeld door Kevin Sorbo. De serie liep van 16 januari 1995 tot 22 november 1999. Er waren twee spin-off-series: ‘Xena: Warrior Princess’ (1995 tot 2001) en de prequel ‘Young Hercules’, (1998 - 1999). Ik was verslaafd aan alledrie.
‘Alalaes’ was de kenmerkende strijdkreet van Xena. Het was een alternatieve uitspraak voor ‘Alale’ (of ‘Alala’), die in de Griekse mythologie de vrouwelijke personificatie van de strijdkreet was.
Mooi geschreven weer! Ik begrijp alleen nog niet helemaal wat 3-1 verliezen met deugdelijkheid te maken heeft? (Behalve dat ik het erg waardeer als Ajax met wat punten strooit richting mijn favoriete clubje ;)). Ken je trouwens ook de theorie dat het verhaal van Jezus Christus veel inspiratie heeft geput uit Heracles? Geboren als halfgod, redt de wereld uit de toorn van God en wordt na een lijdensweg opgenomen in het hemelrijk. Ik wist eigenlijk niet dat het morele beeld over Heracles zo dubbelzinnig was. Werpt ook een interessant licht op wat het christendom wil uitstralen. Wellicht heeft Ajax geen nieuwe Messias, maar een nieuwe Heracles nodig 😉